Voorbereidende oefening wandelen aan een slappe lijn
Bij de volgende oefening gaan we een voorbereidende oefening doen ter voorbereiding op het wandelen aan een slappe lijn. Hiervoor is allereerst aandacht en motivatie nodig van je hond. Daarnaast kan je met de voorbereidende oefening oefenen met de lijnvoering, sociale ondersteuning en timing.
Stap 1 – mee wandelen
- Houd de lijn met beide handen vast.
- Ga voor je hond staan.
- Nodig je hond met je linkerhand (begeleidingshand) uit om met je mee te wandelen (in z’n achteruit!). Direct als je hond mee loopt, houd je de lijn weer met beide handen vast. Zorg ervoor dat je rechtop loopt.
- Doe enkele stappen achteruit en als je hond enkele stappen meeloopt dan zeg je ‘Goedzo’. Terwijl je rustig doorloopt laat je de lijn met je linkerhand los en houd je deze even vast met je je rechterhand. (check de trainingsvideo!)
- Met je linkerhand pak je een voerbeloning uit voerzakje. Stop met lopen als je beloont.
- Herhaal deze stap een aantal keren.
Springt je hond op tijdens het wandelen? Loop gewoon door en zeg niks. Is je hond weer laag en loopt hij een enkel stapje mee? Zeg dan ‘Goedzo’ en beloon.
Stap 2 – sociale ondersteuning inzetten
Bij deze stap ga je sociale ondersteuning inzetten. Hierdoor kun je je beloning uitstellen en moet je hond dus iets meer doen voordat hij de beloning ontvangt.
- Doe de lijn in je rechterhand.
- Ga voor je hond staan.
- Nodig je hond met je linkerhand (begeleidingshand) uit om met je mee te wandelen (in z’n achteruit!). Direct als je hond mee loopt, houd je de lijn weer met beide handen vast. Zorg ervoor dat je rechtop loopt. .
- Als je hond mee wandelt dan ga je tegen je hond babbelen. Dit noemen we ook wel ‘sociale ondersteuning’. Het maakt niet uit wat je zegt als je maar aandacht schenkt aan gedrag dat je wilt zien (mee wandelen).
- Zeg op tijd ‘Goedzo’ en terwijl je weer rustig doorloopt ga je met je hand naar je voerzakje
- Herhaal deze stap een aantal keren.
Stap 3 – variëren met beloningen
Bij deze stap ga je niet alleen voerbeloningen inzetten als beloning maar ga je variëren met spel zoals renspelletjes, zoekspelletje of trekspelletje. Na je ‘Goedzo’ doe je samen en renspelletje of tover je je speeltje tevoorschijn en krijgt je hond een trekspelletje als cadeau. Op deze manier houd je je hond gemotiveerd om met jou bezig te zijn!
Het managen van een hond die trekt
Eerder heb je geoefend met het wandelen aan een slappe lijn. Hierbij heb je je gefocust op gedrag dat je wél wilt zien en dan is meelopen aan een ontspannen lijn. We hebben de stapjes zodanig opgeknipt dat je snel succes hebt. Toch kan het in de dagelijkse praktijk voorkomen dat je hond ineens voor je uit trekt bij het zien van een andere hond, een kat, een bekende etc. Hoe ga je hier dan mee om? Tijdens de les heb je een aantal handvatten gekregen zodat je in de meeste situaties op een juiste wijze kunt handelen.
De technieken die je aangereikt hebt gekregen zijn trapsgewijs opgebouwd. Daarmee bedoelen we dat je pas de volgende stap neemt als de voorgaande niet werkt.
Plan A – 5 seconden regel
Geef je hond 5 seconden de tijd om zichzelf te ‘corrigeren’. Hiermee bedoelen we: spanning van de lijn te halen en contact met jou te maken of een andere kant op te gaan.
Plan B – positief attentiesignaal
Reageert je hond na 5 seconden niet uit zichzelf, dan mag je maximaal 2x je hond attenderen met behulp van het attentiesignaal.
Plan C – hup-hup
Reageert je hond ook niet op het attentiesignaal? Dan wordt het tijd om stelling in te nemen. Je begrenst je hond. Hiermee bedoelen we dat je je ruimte niet meer lijnlengte geeft dan je al had gegeven. Zorg ervoor dat je hond niet alsnog succes krijgt met het trekken. Je kunt wachten totdat je hond zelf de juiste keuze maakt. Ook kun je ervoor kiezen om plan C in te zetten. Je zegt ‘hup hup’ en vervolgens neem je je hond mee (weg van de prikkel). De hup-hup wordt hiermee een voorspeller van: ik ga je nu echt meenemen.
Houd vol!
Soms kun je maar één stap doen voordat het trekgedrag terugkeert. Het is nu eenmaal erg hardnekkig. Houd vol en wees overtuigd van wat je doet. Dit voorkomt frustratie.
Wendingen maken
Voetenwerk
In de Basiscursus heb je geleerd hoe je een rechtsomkeer en een linksomkeer maakt. Als je de aandacht wilt van je hond dan is het handig om bij de start van het wandelen aan een ontspannen lijn, regelmatig wat wendingen te maken waarbij je hond aan de buitenkant is. Ook kun je het maken van een snelle wending inzetten om te voorkomen dat je voor je uit trekt. Als je ziet dat je hond zijn concentratrie verliest en zich tijdens de wandeling gaat focussen op iets anders, maak dan je attentiesignaal en maak een wending. Natuurlijk kun je er ook voor kiezen om je hond te attenderen en vervolgens achteruit te dribbelen (basis stuff).
Het ‘voetenwerk’ is een belangrijk onderdeel bij het maken van een wending.
Op de onderstaande afbeeldingen staan de wendingen systematisch weergegeven en geldt als je hond links naast je loopt. Iedere wending wordt ingezet met de linkervoet. Zorg er altijd voor dat deze voetbeweging duidelijk overkomt.
Rechtsom: 90° naar rechts
Rechtsomkeer: 180° naar rechts
De rechtsomkeer noemen we ook wel: T’tjes draaien
Wending rechtsom Wending rechtsomkeer
Voedselcircuit / aan de voet
Het voedselcircuit is een leuke en flitsende manier van belonen. Voer is leuk, maar het wordt nog leuker als het wordt gecombineerd met “jagen en rennen”. Je leert de hond: rennen, eten, omdraaien, komen. Als je dit zo vaak oefent dat het bijna een automatisme wordt bij de hond, dan heeft dat ook positieve gevolgen voor de oefening `aan de voet`
Stap 1 – de beweging ‘aan de voet’ aanleren
- Bij deze oefening is je hond helemaal los van de lijn.
- Zorg voor grotere stukjes voer die goed zichtbaar zijn voor je hond
1. Houd in beide handen wat lekkere stukjes voer |
2. Gooi het eerste voertje voor je hond uit. |
3. Wanneer je hond het voer op heeft ‘joel’ je hem terug. |
4. Steek je rechterhand uit en lok je hond achter je. Zodra je hond achter je is, komt je linkerhand tevoorschijn waar ook iets lekkers in zit en gaat je rechterhand naar je rug. Lok je hond naar je linkerkant en gooi vervolgens met je linkerhand weer iets lekkers weg. |
5 Herhaal deze stap meerdere keren. Op deze manier wordt de beweging voor jou én je hond steeds makkelijker. |
Stap 2 – de beweging aanleren zonder voer in rechterhand
Bij stap 2 haal je je hond weer rechts binnen alleen heb je nu géén voer in je rechterhand. Je hebt nog wel wat voertjes in je linkerhand. Volg weer dezelfde stappen als in stap 1.
Stap 3 – invoegen commando ‘aan de voet’
Bij stap 3 voeg je het commando ‘voet’ in zodra je hond de beweging achter je maakt.
Wandelen met wissels
Wat is een wissel?
Een wissel wil zeggen dat je wisselt van kant. Bijvoorbeeld: je hond loopt eerst aan de linker kant. Na de wissel aan de rechterkant. Het veranderen van kant noemen we een wissel.
Doel van de wissels
In de behendigheid is het parcours zo opgesteld dat je soms je hond aan je linkerhand moet begeleiden en soms aan je rechterhand. Dat betekent dat je van kant moet ‘wisselen’. Voor het wisselen zijn in de loop der jaren speciale technieken bedacht. Die speciale technieken zijn bedacht om drie redenen:
– zorgen dat je hond zo min mogelijk last van je heeft bij het wisselen van kant;
– het (beter) kunnen sturen van je hond over het parcours;
– invloed hebben op het looptempo van je hond.
In de Basis Plus komen enkele wissels aan bod die ook in de dagelijkse praktijk nuttig kunnen zijn.
180° wissel
Bij deze wissel draai je 180° waarbij de hond aan de andere kant van je komt. Hierbij wissel je van richting én de positie van de hond veranderd (van links naar rechts of andersom).
- Neem in je linkerhand en rechterhand een stukje voer.
- Ga naast je hond staan zodat deze links van je is.
- Start met lopen waarbij je hand ter hoogte is van je zij.
- Draai nu 180°. Dit betekent dat je de andere kant op loopt. Terwijl je draait houd je heel eventjes je rechterhand met het voer voor de neus van de hond. Deze gaat vervolgens direct omhoog.
- Loopt de hond enkele stappen met je mee, click en beloon.
Voorlangse wissel
Bij deze wissel is het de bedoeling dat de hond wisselt van kant.
- Neem in je rechterhand een stukje voer.
- Ga naast je hond staan zodat deze links van je is.
- Lok je hond met je rechterhand voor je langs naar rechts (gebruik ‘schoolslag’
De hond is nu rechts van je.
Wil je de hond weer links positioneren lok je hond dan met je linkerhand voor je langs naar links